Doorzakken in Zeelandia

Op zaterdag 18 december 1925 opent Krijn Wielemaker café billard Zeelandia aan de Winterstraat 4 in Middelburg. Wielemaker heeft eerder in Klein Torenzigt aan de Herengracht gezeten en zal later nog in ’t Hoekje aan het Vlissings Wagenplein, de Verwachting op de hoek van de Winterstraat en het Vlissings Wagenplein, De Leuvensche Bierschuit aan de Dam en exploiteren om af te sluiten in de jaren ‘40 van de vorige eeuw met een logement aan de Koestraat.

Wielemaker verkoopt Zeelandia een jaar later aan Dries Poelman, maar die blijft ook slechts een jaar in de zaak zitten en vertrekt dan naar de Beurs aan de Dam. Frans Cosijn neemt de zaak over`. Ook hij is een echt horecabeest. Hij heeft in de Reizende Koopman aan de Hoogstraat gezeten, het Melkboerinnetje aan de Vlissingsestraat, de Stad Goes aan de Varkensmarkt en de Zwarte Ster aan de Vlissingsestraat.

Blauwedijk

Jan Pieter Fiegen neemt de zaak in 1928 weer over van Cosijn. Fiegen heeft dan net café de Elf Provinciën aan de Blauwedijk verkocht en blijkbaar aan verandering toe. Hij blijft wat langer in Zeelandia hangen. Hij verkoopt het café in mei 1932 aan Lambertus Rommens die tegelijkertijd eigenaar van de Elf Provinciën is. De Winterstraat vormt samen met de Teerpakhuizenstraat en het Vlissings Wagenplein ‘de warme driehoek’ van Middelburg. In de weekends, maar ook op weekdagen, zakt men er stevig door. Vogels van allerlei pluimage doen deze warme driehoek aan. Sommigen om alleen wat te drinken, maar anderen brengen er ook graag een bezoekje aan de meisjes van de plezier die er welig tieren. Enfin, voor veelvormig vertier moet je in de in de warme driehoek zijn.

Na deze kleine uitweiding pak ik de rode draad weer op. In 1934 overlijdt Rommens’ echtgenote Adriana en heeft hij er genoeg van. Aarnoud Minderhoud uit Westkapelle, die later naar een café aan de Segeerstraat gaat, neemt de zaak over, maar niet voor lang. Gerrit Rinkel wordt op 10 februari 1934 de nieuwe eigenaar van Zeelandia. De advertentie die op die dag in de Middelburgsche Courant verschijnt luidt als volgt: ‘Heden middag 1 uur opening van Café Winterstraat Middelburg Orchestrion en Radio-Muziek 1ste klas Biljart Moderne inrichting Prima consumptie. Billijke prijzen aanbevelend, G. Rinkel’. Een mondvol branie is wel aan Gerrit Rinkel besteed.

Benzinestation

Ik kan me de warme driehoek nog goed herinneren. Komende vanuit de Vlissingsestraat stak ik de Vlissingse brug over en dan had je aan de linkerkant de Winterstraat. Als je die in liep had je bijna aan het einde een trapje naar de Blauwedijk. Daar had Ko de Bruin, de latere eigenaar van het Schuttershof, een BP-benzinestation. Mijn makker Edwin Mijnsbergen had graag eens doorgezakt in Zeelandia, maar hij is helaas  te laat geboren.

Op 17 mei 1940 ging café Zeelandia ten onder aan het oorlogsgeweld. Eind jaren ’60 verdween de warme driehoek van de kaart, omdat de Schroebrug moest worden gebouwd. Het Geeregebied werd ontwikkeld en het Damplein opgeofferd aan de heilige koe. De gemeente Middelburg maakte er een potje van.17

Oud en nieuw Tolhuis

Dommis Louwerse en echtgenote Jacoba Faasse openen in 1864 het Oude Tolhuis aan de Grindweg in Westkapelle. Jacoba schenkt bezoekers vaak een borreltje om het af te leren. Dommis en Jacoba blijven maar liefst 50 jaar in hun café hangen. Ze doen de zaak de zaak pas in 1914 over aan dochter Krina Louwerse en schoonzoon Hendrik Hendrikse. Hendrik en Krina geven er elf jaar later al de brui aan. Arnoud Roelse ofwel Roet van Koerat, koopt in 1925 het Oude Tolhuis van Hendrik en Krina. Hij bouwt een cafeetje aan het pand en noemt zijn zaak het Tolhuis.

Willem ‘de Redder’ Gabriëlse schrijft over het café het volgende in het prachtige ‘’t oude Westkappelse leefpatroon’: “Rest nog te vermelden het cafeetje van Roet. Het oude Tolhuis. Dit stond ongeveer waar nu de zuiveringsinstallatie staat. De naam geeft de oorsprong aan. Na de laatste tolgaarder was het bekrompen huisje op de oude Grindweg niet meer in trek. Arnoud Roelse (Roet) kwam tegen zijn 60e jaar rust zoeken op zijn geboortedorp. Hij zwierf de hele wereld rond, varensgezel op de grote vaart, koloniaal, boer in Brazilië: hij verhuisde in korte tijd maar liefst dertien maal. Tenslotte kwam hij terecht in het oude Tolhuis, waar hij een cafeetje bij bouwde. Een herberg kon het niet worden: er was geen volledige ruimte beschikbaar, dus werd het verlof A. Het mocht slechts vijftien jaar bestaan, bombardement en inundatie maakten er een einde aan en het is niet meer opgebouwd.”

Inboedel

Dat is niet helemaal waar, want een advertentie in de provinciale courant van mei 1949 meldt dat A. Roelse een huishoudster vraagt, liefst met een klein inkomen, was getekend café bunker, E 36, Westkapelle. Roet van Koerat komt in 1935 wellicht in zwaar weer terecht, want in april van dat jaar staat Het Tolhuis, inclusief inboedel, te koop. Het kan verkeren.

Roet van Koerat is echter niet voor één gat te vangen. Hij klust nogal eens bij als ijscoman. Op bijgaande foto uit 1939, die ik vond op de fantastische beeldbank van de Stichting Cultuurbehoud Westkapelle, wordt Roet geflankeerd door links Neeltje Louwerse en rechts Johanna Waterman. Een prachtig plaatje. Een ijsco kostte toen respectievelijk 2,3,5 of 10 cent. Dat is nu een ander verhaal.

Drieling

Burgemeester Henk van Maldegem van Westkapelle signaleert in maart 1982 de geboorte van een drieling in Westkapelle, maar dat is niet de eerste in het dorp. Op 25 juli 1878 krijgen Koenraad Roelse en echtgenote Willemina Minderhoud, de ouders van Roet, een drieling. Het zijn Johannes Pieter, Johannes en Jakobus Roelse. Helaas heeft de drieling maar kort van het leven kunnen genieten. Roet van Koerat is goed van de tongriem gesneden en heeft voor iedereen een praatje klaar. Wat had ik graag eens een biertje gedronken, zowel in het oude als nieuwe Tolhuis in Westkapelle. Maar ja, soms wordt je veel te laat geboren. Binnenkort toch weer eens per rijwiel naar het Kasteel van Batavia. IJs, wind en weder dienende welteverstaan.