Van Zapata tot Desafinado

In 1992 kocht Leo van Liere het pakhuis van Het Huis met de Roode Pilaren in Middelburg. Drogisterij Het Huis met de Roode Pilaren was gevestigd aan de Lange Delft. Het pakhuis aan de Koorkerkstraat 1 lag als het ware om de hoek. Leo verbouwde het pand en voorzag het van een aardse tint. Dat was tegen het altijd zere been van de welstandscommissie, zeg maar de plannenpolitie van de gemeente Middelburg. Een bedaagd clubje dames en heren dat niets liever deed dan plannen de grond in boren. De zaak zeurde jarenlang en ik weet niet of zich ooit een oplossing voor de onzin heeft aangediend.

Genoeg echter over dat ambetante clubje en terug naar Leo van Liere. Leo had wellicht van meet af aan een horecabestemming voor zijn pakhuis in gedachten. Het was dus niet zo vreemd dat Fia de Pree en Riny Steenbakkers in januari 1993 een restaurant in het pand openden. Het was een Mexicaans restaurant dat de naam Zapata droeg. Wellicht was het een verwijzing naar Emiliano Zapata, een Mexicaanse revolutionaire boerenleider. Zapata kwam slecht aan zijn eind, want hij werd in 1918 vermoord.

Limousine

Ik heb er met Astrid, Connie en Kees en Chantalle en Erik in de zomer van 1993 heerlijk gegeten. We kwamen terug van vakantie en vierden dat met een etentje. Het etentje hebben we een jaar later herhaald. We reisden in een limousine af naar Hoogerheide om daar te dineren in La Castelière. Als de vrienden die we zijn, werden we hartelijk ontvangen door Marianne en Patrick Castelijns. Patrick is één van de beste en avontuurlijkste koks die ik ken en die me iedere keer weer verraste. Ik spreek Marianne en Patrick nog wel eens. Ze wonen nu in Goes.

Kaepstander

Helaas was Mexicaans restaurant Zapata geen lang leven beschoren. De zaak ging in 1994 failliet. Leo moest op zoek naar nieuwe huurders. Hij vond die in Gré en Renny Minnaert. Zij noemden hun zaak Desafinado, de titel van een bossa nova gecomponeerd door Antonio Carlos Jobim (muziek) en Newton Mendonça (tekst). Gré en Renny waren niet aan hun proefstuk in de horeca toe. Ze hadden een paar jaren de kantine gepacht van camping Oranjezon aan de Koningin Emmaweg. Renny had meer ervaring dan Gré, want hij stond een periode achter de toog van de Reutel en het Hof van Zeeland. Baas boven bazin zou je kunnen zeggen.

Twee jaar na de opening van Desafinado openden Gré en Renny minihotel c.q. Bed and Breakfast De Kaepstander om de hoek aan het Koorkerkhof. In de 21e eeuw kwamen zoon Prospêr Minnaert en later zijn echtgenote Betiana Meza in de zaak. Per 1 juli 2016 stopte Gré er mee, omdat ze de pensioengerechtigde leeftijd bereikte. Schoondochter Betiana volgde haar op en werd compagnon van Renny en Prospêr.

Desafinado klinkt als een klok en schalt soms vanuit de beiaard van de Lange Jan. Van Zapata naar Desafinado is een sentimentele reis van verleden naar heden, zeker voor ondergetekende.

Joy forever!

Op de Facebook-pagina van Veere Dronk las ik onlangs dat er een reünie aanstaande was van de legendarische bar-dancing Joy. De reünie had op vrijdag 23 september plaats in café Bardot aan de Vlasmarkt in Middelburg. Daar wilde ik natuurlijk bij zijn. Het was een avond om nooit te vergeten. Ik raakte al snel aan de praat met Kees Verhoeff. Over hem later meer.

Mark en Lenie de Pagter openden Joy in december 1986. Joy was gevestigd aan de Noordweg 117 in Serooskerke. Ze waren ook eigenaar van In de Gouwe Geit in Grijpskerke, maar deden die zaak een jaar later van de hand. Vanaf 1987 konden ze zich volledig richten op Joy. Dat wierp zijn vruchten af. De zaak ging steeds beter lopen, als een tierelier, zoals dat heet.

Lange carrière

Kees Verhoeff was dj in Joy van 1986 tot 1992, maar had al een lange carrière van plaatjes draaien achter zich. Hij draaide onder meer in Long John, Goofy, Discotheek 2001 en Twenty One in Vlissingen en in de Hooizolder in Westkapelle. Hij vertelde prachtige verhalen uit de oude doos. Wellicht moet ik eens een apart verhaal aan Kees wijden. Dat zou zeker de moeite waard zijn.

‘A thing of beauty is a joy forever’, dichtte John Keats lang geleden, maar soms gaat die vlieger niet op. Helaas was er geen sprake van ‘Joy forever’, want het pand Noordweg 117 ging in 2007 tegen de vlakte. Aannemersbedrijf Dekker en Walhout kocht het pand louter voor de sloop. Het wilde er drie woningen voor terugzetten. In 2009 ging de gemeente Veere daarmee akkoord.

Feesten en beesten

Er is altijd een Middelburgse connectie geweest met Joy. Nogal wat ‘joengers en meissen’ vonden het daar erg gezellig. Ze togen per fiets, brommer of bus naar Seroos om lekker te feesten en beesten. Geboren Middelburgers als Jack Jobse en Remco van Schijndel waren er kind aan huis. Natuurlijk waren ze ook op de reünie waar heel wat werd bijgepraat.

Nu is het niet zo dat de mensen elkaar lang niet hadden gezien. Joy heeft in de loop der jaren al twee keer eerder een reünie gehad. Het blijft een hechte ploeg, die het blijkbaar zo af en toe nodig heeft elkaar weer te zien. Het is mooi om af en toe het collectieve geheugen op te frissen. Wel onder het genot van een biertje, want drinken verleer je nooit.

Phoenix

Er was ook een Middelburgse connectie met de even legendarische voorganger van Joy: café Veldzicht. De eerste eigenaar, Anthonius Westdorp, had namelijk bierhal Phoenix aan de Pottenmarkt in Middelburg. Nu zit eetcafé De Vliegenier in dat pand. Westdorp zat trouwens ook nog een tijdje in café De Vriendschap in Veere. Willem Huijse nam Veldzicht in 1949 over van de familie Westdorp. In dat jaar trouwde hij met Jakomina Roda. Haar vader Pieter zat eerder in Het Wapen van Middelburg aan de Middelburgse Markt.

Het blijft eeuwig zonde dat Joy niet als een Phoenix uit zijn as heeft kunnen herrijzen.

40 jaar plaatjes draaien

Onlangs vierde Kees Petiet, die de meeste Middelburgers vooral zullen kennen als eigenaar van Bar American op Plein 1940, een muzikaal jubileum. Dat deed hij met een feestje. In de uitnodiging schreef hij: ‘De derde zaterdag van september in 1976 was de eerste keer dat ik een hele avond muziek draaide in een café. Het was de eerste dag van de kermis in Terneuzen en de Image-club had die avond geen dj beschikbaar. Ik bood aan dit wel te willen doen voor een keer. Een keer werd twee keer en vervolgens elke week en uiteindelijk heeft dit ertoe geleid een café te beginnen in mijn eigen Middelburg, met mijn eigen muziek. Nu bijna 40 jaar later draai ik nog steeds met plezier mijn muziekjes’.

Omdat ik op vakantie was, moest ik verstek laten gaan, maar ook zonder op het feestje te zijn, kon ik me het beeld van Kees als dj heel goed voor de geest halen. Ik zag en hoorde hem talloze keren bezig achter de draaitafels van zijn zaak, zowel als klant als medewerker. Je moet van goeden huize komen als je een rocknummer aan wilt vragen dat Kees niet kent. Hij kent zijn klassiekers. Het is daarom beter om hem gewoon lekker te laten doen. Dan komen de pareltjes vanzelf. Van Stones en Beatles naar Uriah Heep en Status Quo en weer terug.

Trashhok

Kees draait zijn muziekjes inderdaad nog regelmatig, maar wel minder dan vroeger, toen hij zelf altijd achter de bar stond en de meeste van zijn klanten naar dezelfde muziek luisterden. Ik kan me de overgangsperiode nog wel herinneren. Ik begon American rond 1986 te bezoeken voor de vele speed- en thrashmetalbandjes die er toen optraden.

Dat was een mooie tijd, maar de muziek van de optredende bands was te heftig om achter de bar te draaien. Bij bands als Iron Maiden en Metallica hield het wel op, omdat de vrees bestond dat nog hardere muziek klanten zou kosten. Het leidde echter tot zo veel discussies dat Kees uiteindelijk een oplossing ging zoeken. Hij vond die in het basaal inrichten van een kleine ruimte naast de zaak, als mini-café voor de liefhebbers van herrie. Die ruimte werd het Thrashhok genoemd. Het was een mooie, tijdelijke oplossing, waar sommige bezoekers van toen nu nóg met een grote grijns over praten.

Bedrijfsleider

Hoe het precies kwam is lastig te duiden, maar in de jaren ‘90 was er opeens een veel groter publiek voor heftige muziek. Zelfs in nette zaken werd er gesprongen op Rage against the Machine en Nirvana. Herrie in de tent betekende een volle tent. Kees ging op zoek naar een bedrijfsleider die de werelden van rock en herrie wist te verenigen in American en vond die in de persoon van Erik Louws, die in de jaren daarna het gezicht en het geluid van de zaak zou gaan worden. Maar wel altijd met Kees aan zijn zijde of in de buurt. Want als er weer eens écht ouderwets gerocked moest worden deed Kees het natuurlijk zelf. En dat doet hij nu nog steeds.

Juist dat maakt American tot wat het is: een prachtige tent. ‘Keep on rockin’ in the free world!’

Troaljewerk aan de Schuur

Nog niet zo lang geleden sprak ik Ties Verhoeven in het Polderhuis op Westkappel. Ties werkte in de bediening wat hem goed afging. Ik zei dat ik nog een biertje in het Kasteel ging doen. Ties antwoordde dat ik ze daar de groeten van hem moest doen. Jammer genoeg had het meisje dat me bediende nog nooit van hem gehoord. Vreemd, want Ties heeft zijn sporen in de Wasschappelse horeca meer dan verdiend.

Ties was met ingang van 1 november 1971 eigenaar van café-bar de Schuur aan De Casembrootstraat 9. Hij nam de zaak over van Jonker, maar eigenlijk van Bert Lentink (Bert van de Schuur) die de Schuur van Jonker huurde. Ties stootte de Schuur op in de vaart der volkeren. De zaak liep als een trein en alle neuzen stonden dezelfde kant op. Het ging lang goed, maar helaas was het niet eind goed al goed. Op 3 oktober 1992 sloot Ties de Schuur en verviel de horecafunctie.

Hij was echter niet voor één gat te vangen, want hij had begin jaren ’70 café-restaurant  Troaljewerk aan de Zuidstraat 128 geopend. De zeer betreurde Daan Hengst vertelde me dat hij er nog gewerkt heeft. Ik dacht ook in de Schuur. Het raakt me diep dat Daan niet meer onder ons is. De kennis die hij van de Westkappelse horeca door de eeuwen heen had was legendarisch. Makker Edwin Mijnsbergen en ondergetekende hadden het altijd over ‘onze man in Westkapelle’.  Ik hoop dat Daan’s kennis niet verloren gaat.

Bijnamen

Terug naar Troaljewerk. De foto bij deze Kroegpraat is gemaakt in 1987 en komt van de beeldbank van de Stichting Cultuurbehoud Westkapelle.  De mannen die een kaartje leggen zijn, van links naar rechts: Adriaan Gabriëlse (Tom of Arjôôn Dunder), Jan Cijvat (Suker), Piet Wisse en Adriaan van Sighem (Lorre). Tussen de haakjes staan de biesmakken, bijnamen in het ABN, van de heren.

Op 25 maart 1999 meldde Ties het volgende in de provinciale courant: ‘Na 28 jaar achter de bar te hebben gestaan heb ik de zaak aan Ronald van de Sande overgedragen. Vrijdag 26 maart is iedereen welkom vanaf 20.00 uur. Ties Verhoeven en Ronald van de Sande’.

Misschien kom ik Ties op 22 oktober wel tegen bij Oe Tooier Oe Mooier in het Kasteel. Ik hoop het, want dan kunnen we er samen een paar of meer drinken.

Pannen en Koeken

Ronald van de Sande bleef tot 2008 in Troaljewerk hangen. In mei 2009 openden Bernd en Roderick Laanbroek Pannen en Koeken in het pand. Ze verhuisden Pannen en Koeken vijf jaar later naar Zuidstraat 99. Charlotte de Pagter en Cas Zwemer openden op 1 juli 2014 het Zeeuws Mosselhuis in het pand en zij zitten tot op de dag van vandaag in hun zaak.

Nu weet ik niet of de Schuur ooit troaljewerk heeft gehad, maar dat zou zo maar kunnen. Enfin, dat is een vraag die ik aan Ties kan voorleggen als ik hem tegen kom.

De ontbrekende Schakel

Op 1 april, het is geen grap, nam de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden een gebouw in gebruik aan de Bachtesteene 14 in Middelburg. Het ging om verenigingsgebouw de Schakel. De heer J. Luijendijk was een maand eerder aangesteld als beheerder, dus hij had genoeg tijd om de glazen te laten glimmen. Luijendijk vroeg Verlof B aan voor het schenken van alcoholloze dranken, maar ruilde B al snel in voor Verlof A. Zo mocht er dus bier en wijn in de zaak worden geschonken.

Begin jaren ‘70 kwam ik wekelijks in de Schakel, maar niet om een biertje te tikken. Nee, als RHBS-klant kreeg ik er muziekles van Peter Jense. Het ging altijd goed, aangezien één onzer de klok altijd een kwartier vooruit zette. Dat waren zogezegd korte lessen in de muziek. De zoon van de heer Luijendijk, Piet, maakte een tijd furore in Middelburg en omstreken als ‘De Antennespecialist’. Later fotografeerde hij jachten in de Zeeuwse wateren.

Gezondheidsredenen

Ik zag Piet vaak op de Vlasmarkt waar hij net als ik vaste klant was bij Het Hof van Zeeland, maar dit terzijde. In 1977 zwaaide de heer Luijendijk af en werd opgevolgd door de heer J.P. Adam. Toen Adam midden jaren ’80 om gezondheidsreden moest stoppen, brak het tijdperk Faase aan. Harry en Ada Faase werden de nieuwe beheerders en deden dat met verve.

In het tijdperk Faase kwam ik ook soms in de Schakel. Ik werkte begin jaren ‘80 als suppoost in de Vleeshal, maar kwam in de zomeruren te kort in verband met de zogenaamde ‘vrije periode’. Nu deden Ab Snijders en Walter Geukes onderhoudswerkzaamheden in alle verenigingsgebouwen die de gemeente Middelburg rijk was. Samen met hen vulde ik mijn uren in en dan dronken we ook weleens een biertje bij Harry.

Dameoffer

De Schaakvereniging Middelburg hield lange domicilie in de Schakel. Het fungeerde als hun clubhuis. Toen de vereniging verlegen zat om hulp bij het clubblad, zette Harry de schouders er onder. Bepaald geen dameoffer, maar wel een slimme zet. In de jaren ’90 kwam ik ook weleens bij Harry. Hij had een barretje gemaakt in de lagere regionen van het pand. Daar was het goed hangen. Er werden daar nogal eens dartpijltjes gegooid, maar hoe dat zat, moet ik nog eens aan Willem Nieuwdorp van café Bommel vragen. Het waren in ieder geval wedstrijden in klein comité, dat weet ik zeker.

In 1997 moesten Harry en Ada hun biezen pakken. Ze vertrokken naar Open Hof in Vlissingen. De gemeente Middelburg kocht in dat jaar het pand van de Vereniging van Vrijzinnige Hervormden. Jongerencentrum Midgard had problemen met omwonenden in de Kuiperspoort en belandde in 1997 in de Schakel. In 2008 kwam Barrel, de bar van de Roosevelt Academy, in het pand en de rest is geschiedenis. De Schakel werd in 2012 afgebroken en een jaar later verrees verpleeghuis Willibrord uit de as. In de Brasserie kan iedereen nog steeds wat drinken, maar ik blijf haken naar de ontbrekende Schakel.