Krijt altijd op tijd

Op 7 april 1950 heropent Stoffel Gillissen café Het Wapen van Zeeland aan de Gravenstraat 5 in Middelburg. Het café stond eerder op Markt, maar wordt in 1940 verwoest. Stoffel zet in de oorlogsjaren zijn café voort in een houten barak aan de Rotterdamsekaai met als adres ‘aan de Beatrixbrug 34.’ In 1950 is het tabula rasa en wordt het Wapen van Zeeland feestelijk heropend. Gillissen laat via een advertentie in de provinciale courant weten dat zijn zaak over een aparte vergaderzaal beschikt. Ook meldt hij dat er prima consumpties kunnen worden geconsumeerd tegen billijke prijzen. Adverteren doet verkopen zal Stoffel wel gedacht hebben. 
Willem Rijn en zijn echtgenote Lydia Hundersmarck nemen in mei 1963 de zaak over van Stoffel Gillissen. Zij zaten eerder in een café-restaurant in Dinteloord en kennen het horecavak derhalve van haver tot gort. In 1966 heeft er een ingrijpende verbouwing in hun zaak plaats.

Het Wapen van Zeeland wordt op woensdag 21 december van dat jaar feestelijk heropend. De receptie is van 19 tot 21 uur geeft de familie Rijn aan middels een advertentie in de Faam. Na de receptie zullen de stamgasten vast wel zijn blijven hangen tot de laatste ronde.
Een aantal van die stamgasten was lid van de biljartvereniging Krijt Op Tijd. Nu moet men altijd op tijd krijten, anders loopt het groene laken schade op. Het café van Willem en Lydia Rijn-Hundersmarck fungeert als clubhuis. Op de foto uit de jaren ‘60 bij deze Kroegpraat zitten en staan bekende gezichten. Krijt Op Tijd viert feest en aan tafel zitten Willem en Lydia – achter hen, als het ware tussen hen in, staat zoon Gerard Rijn. Al wat oudere Middelburgers zoals ik zullen ongetwijfeld nog meer bekende gezichten zien zoals bijvoorbeeld Cor van den Berge en Tonnie Henderikse. 
Als Willem Rijn in 1969 overlijdt, zet zijn echtgenote de zaak voort. Twee jaar later houdt Lydia Rijn-Hundermarck het voor gezien. Ze draagt het Wapen van Zeeland over aan zoon Kees Rijn en zijn vrouw Evelyne. Kees en Evelyne geven de zaak een nieuw elan en er komen, naast oudere, ook jongere klanten. Een oudere klant is Louw Dekker die al sinds jaar en dag op donder- en zaterdag met zijn groentekraam op de Markt staat. Ik sprak hem vaak op de Markt en hij kon prachtig vertellen over zijn tijd in het café van de familie Rijn. Hij heeft gezondheidsproblemen, dus wens ik hem bij deze van harte beterschap toe.
De jongere garde bestond deels uit studenten aan de RHBS aan de Sint Pieterstraat zoals Henk Grool en Yntze Zijlstra. Yntze – met wie ik later nog in EMM 1 handbalde – reed een keer op een Kaptein Mobylette rond het biljart.

Het is maar goed dat Krijt op Tijd daar nooit lucht van heeft gekregen. Oudere jongere Bart Koster kwam ook vaak in de Gravenstraat. Ik heb in mijn Gouden Poortetijd met Bart en Louis Lebon gewerkt. Maar in die tijd was het Wapen van Zeeland al verleden tijd en tankten we terdege in Seventy Seven. 
De familie Rijn verkoopt de zaak in 1973 aan bakker Rotte die in het belendende pand zit. Het pand wordt vervolgens verhuurd aan de platenzaak Zeeland Sound. In 1980 verbouwt Rotte het pand en trekt het bij de bakkerij die zo verdubbelt in volume. Af en toe, maar veel te weinig, biljart ik nog weleens in Poolcafé The Roadhouse aan de Walensingel. Er staat een veelvoud aan pool- en snookertafels, maar gelukkig ook nog een paar biljarts. Ik krijt altijd op tijd, aangezien ik het groene laken, het groene laken wil laten en vanzelfsprekend geen geweld wil aandoen.

Baden in het Badmotel

Op 4 november 1963 slaat gedeputeerde en geboren Westkapellaar Ad Kaland de eerste paal voor Badmotel Westkapelle. Kaland had in die tijd veel in de melk te brokken en had de bijnaam “Onderkoning van Zeeland’ niet voor niets gekregen. De bouw neemt enige tijd in beslag, maar het badmotel wordt 29 mei 1964 geopend op het adres Provincieweg E 28, nu Grindweg.

Het badmotel is eigendom van de Exploitatie Maatschappij Scheveningen NV (E.M.S.) van Reinder Zwolsman. Naast een tennisbaan beschikt het badmotel ook over een zwembad. Gerard van der Veen is de eerste  directeur – hij vertrekt later naar hotel Britannia in Vlissingen dat ook toebehoort aan E.M.S. van Zwolsman.

Midden jaren ’70 heeft er een wisseling van de wacht plaats. Willem en Adrie van den Tol-Munters worden de nieuwe eigenaren van Badmotel Westkapelle. Zij verhuren twee tennisbaan aan de in 1976 opgerichte Lawn Tennis Club (LTC) de Westkaap. Maar dat gaat niet van harte, want er zijn conflicten over het gebruik van de tennisbanen. Per april 1977 zegt Van den Tol LTC de Westkaap de huur op. De Westkaap verkast naar tennisbanen aan de Joossesweg tot de gemeente in 1980 te hulp schiet. Er wordt een kantine gebouwd en twee betonnen tennisbanen aangelegd op sportpark de Prelaat aan de Domineeshofweg. Daar huist LTC de Westkaap tot op de dag van vandaag.
Het echtpaar Van den Tol leeft mee met Westkapelle en laat dat ook weten. Zo schrijven ze in oktober 1990 een protestbrief aan Commissaris der Koningin Cees Boertien over het Westkappelse oorlogsmonument achter de Kreek.  Het monument wordt in de volksmond de pispaal genoemd, doch dit terzijde.

Ze schrijven o.a.: “Omdat u de meest invloedrijke bestuurder bent van Zeeland en wij ons machteloos voelen tegenover burgemeester en wethouders van Westkapelle, vragen wij u om het monument van zijn voetstuk te krijgen.” en “Horizonvervuiling, een zwartgallige blikvanger die beter wat verscholen in de duinen had kunnen staan.” Je hebt, zoals ik, hart voor Westkapelle of je hebt het niet.
Hendrik Willem van den Tol volgt zijn ouders midden jaren ’90 op en hij brengt nieuw elan in het badmotel. Zo bedenkt hij in 2002 een ludieke en luxe manier om te dineren. Hendrik plaatst een schaftkeet aan de Grindweg die hij de naam het Keetje geeft. Hij had het idee voor een exclusief minirestaurantje al twee jaar eerder en wilde het op een ponton in de Kreek plaatsen. Helaas ging de gemeente Veere daarmee niet akkoord.
De schaftkeet werd omgebouwd tot een restaurantje en voorzien van o.a. een uitklapbare tafel, een koelkast en een televisie. Gasten die in het Keetje wilden eten konden vooraf reserveren van een speciale menukaart. Bestellingen konden via gsm worden doorgegeven.

In 2008 valt het doek voor zowel het Badmotel Westkapelle als voor het Keetje. Het erfgoed van de familie Van den Tol wordt afgebroken en op het terrein verrijst een appartementencomplex. Het valt natuurlijk wel te begrijpen, maar aan de andere kant was het een vorm van kapitaalvernietiging. Want nu kan ik nooit meer baden in het Badmotel.