Westkapelle herrijst altijd

Drie oktober 1944 is een zwarte dag voor Westkapelle. Bij het bombardement op de Zeedijk vallen vele doden. In molen De Roos van Bram Theune zitten mensen als ratten in de val en sterven op afschuwelijke wijze. De littekens van die noodlottige dag zijn nooit geheeld en zullen dat waarschijnlijk nooit doen ook. Veel Westkappelse families zijn door het noodlot getroffen, dus het verdriet is altijd aanwezig. Oktober is voor Westkapelle de meest wrede maand.

De latere wethouder Willem ‘de Redder’ Gabriëlse meldt in het boek ‘Doelwit Dijk’ dat hij eerst in Serooskerke terecht komt. Later worden hij en andere Westkappelaars door de gemeentepolitie verplicht de boot naar Zuid-Beveland te nemen. Via Katseveer belandt hij in een kerk in Wemeldinge. Daar wordt hij ‘uitgeleurd’, omdat niemand op de vluchtelingen zit te wachten. Hij krijgt tenslotte onderdak in Wilhelminadorp. Daar hebben de mensen het hart wel op de juiste plaats.

Commissaris

Westkapelle verrijst langzaam uit de as van de Tweede Wereldoorlog. Eigenlijk heeft het dorp door de eeuwen heen altijd de kracht gehad om te herrijzen. Op een donderdag in januari 1954, ik weet niet exact welke, opent locoburgemeester Willem Gabriëlse het dorpshuis aan Markt 79 door eenvoudigweg de deur te openen. Het krijgt de naam Westkapelle Herrijst. Ook commissaris der koningin Guus de Casembroot is aanwezig bij de opening. Als oud-burgemeester van Westkapelle mag hij natuurlijk niet ontbreken.

De foto (circa 1960) die ik op de onvolprezen beeldbank van Stichting Cultuurbehoud Westkapelle vond is prachtig. Het buffetpersoneel kijkt enigszins afwachtend naar het vogeltje. Ze moeten die avond wellicht werken en dat gaat voor alles. Ik zie geen bekende gezichten. Ik was toen zeven of acht jaar oud, maar Westkappelaars zullen ongetwijfeld in één oogopslag weten wie er zijn te zien.

Timmermanswerkplaats

In augustus 1989 gaat Westkapelle Herrijst op de schop. Een deel van het pand wordt gesloopt, evenals de belendende timmermanswerkplaats. Wethouder Jan Bostelaar heeft het over upgrading en ziet een rooskleurige toekomst. Hij hoopt dat plaatselijke kunstenaars in het nieuwe gebouw gaan exposeren. Westkapelle Herrijst groter uit de as van de verbouwing. Het dorpshuis kan er weer een tijdje tegen.

Bij de gemeentelijke herindeling, die op 1 januari 1997 ingaat, verliest de gemeente Westkapelle zijn onafhankelijkheid. Dat is een hard gelag, want Wasschappel was altijd Wasschappel en niets anders. Nu is Westkapelle verworden tot een deel van de gemeente Veere. Daar zit eigenlijk niemand op te wachten. Maar ja, zo gaan die dingen in de niets en niemand ontziende bestuurscultuur.

Herdenking

De laatste keer dat ik in Westkapelle Herrijst ben geweest was op 1 september van dit jaar. Ik woonde daar de herdenkingsplechtigheid voor Daan Hengst bij. Ik besef nog steeds niet dat hij er niet meer is en nooit meer zal zijn. De droefheid die ik voel, blijft aanhouden. Ik had Daan nog zoveel willen vragen over de horecageschiedenis van Westkapelle. Had nog zoveel vragen over wie, wat, waar, waarom en wanneer. Westkapelle herrijst altijd, maar Daan helaas niet. FOTO BEELDBANK STICHTING CULTUURBEHOUD WESTKAPELLE

Bestond er maar een tijdmachine

Het zou weinig mensen verbazen als er een nieuw koffiehuis wordt geopend aan de Vlasmarkt in Middelburg. Dit straatje van verlangen herbergt nogal wat horecazaken. Maar u heeft buiten de waard gerekend als u denkt aan een nieuw koffiehuis.

In 1861 werd het pand Vlasmarkt L22, nu nr. 48-50, openbaar verkocht. Steven Dodenhuis kocht het en opende op 8 mei 1862 het Nieuw Koffiehuis in het pand. Steven Dodenhuis was geen nieuwkomer in de horeca. Hij zat eerder in herberg de Bremerton op de hoek van de Langevielesingel en Oude Koudekerkseweg. Dodenhuis liet de Bremerton in 1851 tot op de grond afbreken. In het nieuwe pand opende hij in 1855 bondscafé Pax Intrantibus. Pax Intrantibus betekent letterlijk ‘vrede aan hen die hier binnentreden’, de drank volgt later vanzelf.

Ververschingen

Dodenhuis deelde middels een advertentie op 6 augustus 1866 in de Middelburgsche Courant mede dat hij ‘tengevolge zijner hooge jaren’ de pijp aan Maarten gaf. Eigenlijk niet aan Maarten, maar aan Jan Tjalling de Haan. De Haan organiseerde op 19 februari 1870 een bal ‘ter gelegenheid van ’s Konings jaardag’ in het Nieuw Koffiehuis.

De Haan verkocht zijn koffiehuis in 1876 aan Zegert Jacobus van Dijk. Hij verbouwde het grondig en opende in november van dat jaar café Du Lion D’Or in het pand. Er was altijd wel wat te doen in het café van Van Dijk. Hij meldde in de Middelburgsche Courant op 25 juli 1878 het volgende: ‘Gedurende de Kermis zal het Buffet van alle ververschingen voorzien en de Tuin des avonds verlicht zijn’.

Cornelis van Roggen volgde op enig moment Van Dijk op. Hij meldde op 24 juni 1881 in gemelde courant dat hij zijn café zou sluiten. De tuin, het tuinlokaal en de gelegenheid tot het houden van vergaderingen bleven wel van kracht. W. Horton nam de zaak in november van dat jaar over van Cornelis van Roggen. Horton noemde zijn zaak Eldorado, een café van paradijselijke allure. De persoon W. Horton, wellicht een Engelsman, blijft een raadsel. Misschien was zijn voornaam William, misschien niet.

Artiesten

Horton timmerde in ieder geval behoorlijk aan de weg. Op zondag 23 juli 1882, tijdens de kermis, organiseerde hij een groot matinee in Eldorado. Hij meldde als directeur het debuut van zeven artiesten en dat waren niet de minste. Het Tiroolse echtpaar Herr rund Frau Linke gaf acte de présence, naast Fraulein Lewinska, mademoiselle Virginie, mejuffrouw Kock en mejuffrouw Emilie. De concerten hadden op donderdag en zaterdag plaats in de tuin die natuurlijk verlicht was.

Cornelis van der Plank nam het café in november 1882 over van Horton. Café Eldorado was echter geen lang leven meer beschoren. Op 26 april 1883 werd het voormalige Nieuw Koffiehuis verkocht in sociëteit De Vergenoeging die toen nog aan de Markt stond.

Het pand Vlasmarkt 48-50 verliest jammer genoeg zijn horecabestemming. Wat had ik graag een biertje gedronken in Du Lion D’Or of Eldorado. Bestond er maar een tijdmachine.

Van Zapata tot Desafinado

In 1992 kocht Leo van Liere het pakhuis van Het Huis met de Roode Pilaren in Middelburg. Drogisterij Het Huis met de Roode Pilaren was gevestigd aan de Lange Delft. Het pakhuis aan de Koorkerkstraat 1 lag als het ware om de hoek. Leo verbouwde het pand en voorzag het van een aardse tint. Dat was tegen het altijd zere been van de welstandscommissie, zeg maar de plannenpolitie van de gemeente Middelburg. Een bedaagd clubje dames en heren dat niets liever deed dan plannen de grond in boren. De zaak zeurde jarenlang en ik weet niet of zich ooit een oplossing voor de onzin heeft aangediend.

Genoeg echter over dat ambetante clubje en terug naar Leo van Liere. Leo had wellicht van meet af aan een horecabestemming voor zijn pakhuis in gedachten. Het was dus niet zo vreemd dat Fia de Pree en Riny Steenbakkers in januari 1993 een restaurant in het pand openden. Het was een Mexicaans restaurant dat de naam Zapata droeg. Wellicht was het een verwijzing naar Emiliano Zapata, een Mexicaanse revolutionaire boerenleider. Zapata kwam slecht aan zijn eind, want hij werd in 1918 vermoord.

Limousine

Ik heb er met Astrid, Connie en Kees en Chantalle en Erik in de zomer van 1993 heerlijk gegeten. We kwamen terug van vakantie en vierden dat met een etentje. Het etentje hebben we een jaar later herhaald. We reisden in een limousine af naar Hoogerheide om daar te dineren in La Castelière. Als de vrienden die we zijn, werden we hartelijk ontvangen door Marianne en Patrick Castelijns. Patrick is één van de beste en avontuurlijkste koks die ik ken en die me iedere keer weer verraste. Ik spreek Marianne en Patrick nog wel eens. Ze wonen nu in Goes.

Kaepstander

Helaas was Mexicaans restaurant Zapata geen lang leven beschoren. De zaak ging in 1994 failliet. Leo moest op zoek naar nieuwe huurders. Hij vond die in Gré en Renny Minnaert. Zij noemden hun zaak Desafinado, de titel van een bossa nova gecomponeerd door Antonio Carlos Jobim (muziek) en Newton Mendonça (tekst). Gré en Renny waren niet aan hun proefstuk in de horeca toe. Ze hadden een paar jaren de kantine gepacht van camping Oranjezon aan de Koningin Emmaweg. Renny had meer ervaring dan Gré, want hij stond een periode achter de toog van de Reutel en het Hof van Zeeland. Baas boven bazin zou je kunnen zeggen.

Twee jaar na de opening van Desafinado openden Gré en Renny minihotel c.q. Bed and Breakfast De Kaepstander om de hoek aan het Koorkerkhof. In de 21e eeuw kwamen zoon Prospêr Minnaert en later zijn echtgenote Betiana Meza in de zaak. Per 1 juli 2016 stopte Gré er mee, omdat ze de pensioengerechtigde leeftijd bereikte. Schoondochter Betiana volgde haar op en werd compagnon van Renny en Prospêr.

Desafinado klinkt als een klok en schalt soms vanuit de beiaard van de Lange Jan. Van Zapata naar Desafinado is een sentimentele reis van verleden naar heden, zeker voor ondergetekende.

Joy forever!

Op de Facebook-pagina van Veere Dronk las ik onlangs dat er een reünie aanstaande was van de legendarische bar-dancing Joy. De reünie had op vrijdag 23 september plaats in café Bardot aan de Vlasmarkt in Middelburg. Daar wilde ik natuurlijk bij zijn. Het was een avond om nooit te vergeten. Ik raakte al snel aan de praat met Kees Verhoeff. Over hem later meer.

Mark en Lenie de Pagter openden Joy in december 1986. Joy was gevestigd aan de Noordweg 117 in Serooskerke. Ze waren ook eigenaar van In de Gouwe Geit in Grijpskerke, maar deden die zaak een jaar later van de hand. Vanaf 1987 konden ze zich volledig richten op Joy. Dat wierp zijn vruchten af. De zaak ging steeds beter lopen, als een tierelier, zoals dat heet.

Lange carrière

Kees Verhoeff was dj in Joy van 1986 tot 1992, maar had al een lange carrière van plaatjes draaien achter zich. Hij draaide onder meer in Long John, Goofy, Discotheek 2001 en Twenty One in Vlissingen en in de Hooizolder in Westkapelle. Hij vertelde prachtige verhalen uit de oude doos. Wellicht moet ik eens een apart verhaal aan Kees wijden. Dat zou zeker de moeite waard zijn.

‘A thing of beauty is a joy forever’, dichtte John Keats lang geleden, maar soms gaat die vlieger niet op. Helaas was er geen sprake van ‘Joy forever’, want het pand Noordweg 117 ging in 2007 tegen de vlakte. Aannemersbedrijf Dekker en Walhout kocht het pand louter voor de sloop. Het wilde er drie woningen voor terugzetten. In 2009 ging de gemeente Veere daarmee akkoord.

Feesten en beesten

Er is altijd een Middelburgse connectie geweest met Joy. Nogal wat ‘joengers en meissen’ vonden het daar erg gezellig. Ze togen per fiets, brommer of bus naar Seroos om lekker te feesten en beesten. Geboren Middelburgers als Jack Jobse en Remco van Schijndel waren er kind aan huis. Natuurlijk waren ze ook op de reünie waar heel wat werd bijgepraat.

Nu is het niet zo dat de mensen elkaar lang niet hadden gezien. Joy heeft in de loop der jaren al twee keer eerder een reünie gehad. Het blijft een hechte ploeg, die het blijkbaar zo af en toe nodig heeft elkaar weer te zien. Het is mooi om af en toe het collectieve geheugen op te frissen. Wel onder het genot van een biertje, want drinken verleer je nooit.

Phoenix

Er was ook een Middelburgse connectie met de even legendarische voorganger van Joy: café Veldzicht. De eerste eigenaar, Anthonius Westdorp, had namelijk bierhal Phoenix aan de Pottenmarkt in Middelburg. Nu zit eetcafé De Vliegenier in dat pand. Westdorp zat trouwens ook nog een tijdje in café De Vriendschap in Veere. Willem Huijse nam Veldzicht in 1949 over van de familie Westdorp. In dat jaar trouwde hij met Jakomina Roda. Haar vader Pieter zat eerder in Het Wapen van Middelburg aan de Middelburgse Markt.

Het blijft eeuwig zonde dat Joy niet als een Phoenix uit zijn as heeft kunnen herrijzen.

Troaljewerk aan de Schuur

Nog niet zo lang geleden sprak ik Ties Verhoeven in het Polderhuis op Westkappel. Ties werkte in de bediening wat hem goed afging. Ik zei dat ik nog een biertje in het Kasteel ging doen. Ties antwoordde dat ik ze daar de groeten van hem moest doen. Jammer genoeg had het meisje dat me bediende nog nooit van hem gehoord. Vreemd, want Ties heeft zijn sporen in de Wasschappelse horeca meer dan verdiend.

Ties was met ingang van 1 november 1971 eigenaar van café-bar de Schuur aan De Casembrootstraat 9. Hij nam de zaak over van Jonker, maar eigenlijk van Bert Lentink (Bert van de Schuur) die de Schuur van Jonker huurde. Ties stootte de Schuur op in de vaart der volkeren. De zaak liep als een trein en alle neuzen stonden dezelfde kant op. Het ging lang goed, maar helaas was het niet eind goed al goed. Op 3 oktober 1992 sloot Ties de Schuur en verviel de horecafunctie.

Hij was echter niet voor één gat te vangen, want hij had begin jaren ’70 café-restaurant  Troaljewerk aan de Zuidstraat 128 geopend. De zeer betreurde Daan Hengst vertelde me dat hij er nog gewerkt heeft. Ik dacht ook in de Schuur. Het raakt me diep dat Daan niet meer onder ons is. De kennis die hij van de Westkappelse horeca door de eeuwen heen had was legendarisch. Makker Edwin Mijnsbergen en ondergetekende hadden het altijd over ‘onze man in Westkapelle’.  Ik hoop dat Daan’s kennis niet verloren gaat.

Bijnamen

Terug naar Troaljewerk. De foto bij deze Kroegpraat is gemaakt in 1987 en komt van de beeldbank van de Stichting Cultuurbehoud Westkapelle.  De mannen die een kaartje leggen zijn, van links naar rechts: Adriaan Gabriëlse (Tom of Arjôôn Dunder), Jan Cijvat (Suker), Piet Wisse en Adriaan van Sighem (Lorre). Tussen de haakjes staan de biesmakken, bijnamen in het ABN, van de heren.

Op 25 maart 1999 meldde Ties het volgende in de provinciale courant: ‘Na 28 jaar achter de bar te hebben gestaan heb ik de zaak aan Ronald van de Sande overgedragen. Vrijdag 26 maart is iedereen welkom vanaf 20.00 uur. Ties Verhoeven en Ronald van de Sande’.

Misschien kom ik Ties op 22 oktober wel tegen bij Oe Tooier Oe Mooier in het Kasteel. Ik hoop het, want dan kunnen we er samen een paar of meer drinken.

Pannen en Koeken

Ronald van de Sande bleef tot 2008 in Troaljewerk hangen. In mei 2009 openden Bernd en Roderick Laanbroek Pannen en Koeken in het pand. Ze verhuisden Pannen en Koeken vijf jaar later naar Zuidstraat 99. Charlotte de Pagter en Cas Zwemer openden op 1 juli 2014 het Zeeuws Mosselhuis in het pand en zij zitten tot op de dag van vandaag in hun zaak.

Nu weet ik niet of de Schuur ooit troaljewerk heeft gehad, maar dat zou zo maar kunnen. Enfin, dat is een vraag die ik aan Ties kan voorleggen als ik hem tegen kom.